Huisvesting
Op deze pagina vind je informatie over:
Huisvesting tijdens de bronstcyclus en bevruchting
Huisvesting tijdens de dracht
Huisvesting tijdens en na de geboorte
Huisvesting tijdens de opfok
Regels en Instanties

Huisvesting tijdens de bronscyclus en bevruchting
Tijdens de bronstcyclus en bevruchting mag de hond in een gewone kennel gehouden worden. De dekking kan het beste plaats vinden waar de reu en teef geen eigen territorium hebben. Na de dekking kan het teefje nog en aantal weken in een gewone kennel gehouden worden. De moederhond heeft een kennel nodig waarvan de grond minimaal 3 vierkante meter is en waarvan de kortste zijde minstens 1,2 meter lang is. de hoogte van de kennel moet minimaal 1,80 meter hoog zijn.

Gewone kennel
Huisvesting tijdens de dracht
Voor de eerste 6 weken van de dracht kan je de afmetingen aanhouden die staan bij de huisvesting voor de bronstcyclus en bevruchting. Dit is wel maar voor 1 hond. Vanaf 2 weken voor de uitgerekende bevaldatum van de hond, kan je de hond het beste overplaatsen naar een werphok met een werpkist daarin.
De hond moet dan wel voldoende ruimte hebben om te kunnen bewegen. De afmetingen van een werphok met daarin een werpkist is hetzelfde als de afmetingen van de huisvesting voor de bronstcyclus en bevruchting. De werpkist is minimaal 1,5 x de lengte van de moederhond.

Werpkist
Huisvesting tijdens en na de geboorte
Bij de huisvesting tijdens en na de geboorte van de pups is het belangrijk dat je let op een aantal dingen. Het is namelijk belangrijk dat je de pups goed verzorgt zodat je ze gezond en goed verzorgt kunt afleveren aan een nieuwe eigenaar. De eerste 8 weken zal er een warmte lamp boven de pups moeten hangen omdat het anders niet warm genoeg voor ze is.
De warmte van in de werpkist is minimaal geadviseerd 20 tot 22 graden Celsius en onder de lamp minimaal 26 tot 27 graden Celsius. Ook is het erg belangrijk dat je een goede ondergrond hebt. De ondergrond moet plas van de pups kunnen absorberen zodat ze niet op een natte ondergrond liggen. Het makkelijkste is als je op de bodem van de werpkist dekens of kranten legt. Dit is makkelijk te verschonen en niet te koud.

Werpkist met uitloop
Huisvesting tijdens de opfok
De opfok vind plaats als de pups geen moeder melk meer drinken. Dit betekend dat ze oud genoeg zijn om vast voer te eten en dit ook kunnen. Omdat de pups geen moedermelk meer nodig hebben, zitten ze nu ook gescheiden van hun moeder. Wel is het belangrijk dat ze hun moeder nog regelmatig zien.
Dit is ook belangrijk voor de socialisatie periode. De pups kun je gewoon bij elkaar houden in dezelfde kennel. De afmetingen van de kennel zijn: 1m+n en 1,20m (n staat voor schoft hoogte).

Opfok kennel
Regels en Instanties
De instanties die eisen stellen voor het fokken van honden, zijn uiteraard de rijksoverheid maar ook Raad van Beheer. Voordat je wild fokken is het verstandig als je online hun site bekijkt voor extra verduidelijking van de wet en regelgeving voor fokkers.
Dit is een linkje naar de site van de rijksoverheid
https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/dierenwelzijn/inhoud/dierenwelzijn-huisdieren
Dit linkje is een linkje van de raad van beheer over het fokken en houden van honden
Er zijn natuurlijk ook rassenverenigingen. De Berner Sennen heeft verschillende verenigingen waar je informatie vandaan kan halen over de Berner, de pups en de vereniging zelf. Hier zijn een paar voorbeelden van rasverenigingen voor de Berner:
- http://bernersennenhond.nl/wordpress/
- http://www.barkingbunch.nl/news/artikelen/foto_oh.htm
- http://www.scarlet.nl/~oudshoor/nederlands/rasvereniging.htm
Regels
De voorwaarden voor een goede huisvesting zijn belangrijk voor de gezondheid en welzijn van het dier. Dit zijn de volgende eisen:
- In de ruimtes zijn geen materialen gebruikt of scherpe randen, uitsteeksels of andere situaties waardoor het dier gewond kan raken. Deze mogen ook niet schadelijk zijn.
- De ruimte moet gemakkelijk kunnen worden schoongemaakt en ontsmet.
- De ruimte en de materialen zijn aangepast aan de behoeften die het dier van nature heeft. Dit zijn fysiologische en ethologische behoeften. Denk bijvoorbeeld aan het dag- en nachtritme van het dier.
- Een drachtig of zogend dier heeft voldoende en geschikte nestruimte.
- In een verblijf is het aantal dieren en de samenstelling van de diersoorten zodanig dat dit de gezondheid en het welzijn van het dier niet benadeelt.
Er zijn een aantal regels die vastgesteld moeten worden om te zorgen dat het welzijn van de hond goed wordt nageleefd.
Dat zijn de volgende:
- De honden moeten genoeg ruimte hebben om te kunnen bewegen.
- De honden zijn beschermd tegen slecht weer als ze buiten worden gehouden.
- De dieren kunnen natuurlijk gedrag vertonen.
- De dieren worden goed verzorgd en verzorgt door iemand die er kennis van heeft.
- Zieke en gewonde dieren moeten direct verzorgt worden.
- De honden krijgen voldoende en geschikt voer en water. Dit verschilt natuurlijk per diersoort.
Er zijn eisen over het fokken en de huisvesting van honden. Deze eisen gelden ook voor hobby fokkers.
Fokken
Fokken met honden mag niet schadelijk zijn voor het welzijn en de gezondheid . dit geld voor ouderdieren en puppy’s. dit zijn de volgende eisen:
- Er wordt voor gezorgd dat erfelijke afwijkingen en ziekten niet worden doorgegeven.
- Er wordt gezorgd dat er zo veel mogelijk uiterlijke kenmerken die schadelijk kunnen zijn niet doorgegeven kunnen worden.
- Er wordt voor gezorgd dat ernstige gedragsafwijkingen niet wordt doorgegeven.
- Het aantal nestjes of nakomelingen mag gezondheid of welzijn van het dier niet benadelen.
- Voortplanting moet zo veel mogelijk op natuurlijke wijze gebeuren.
- Een hond krijgt binnen een aaneengesloten periode van 12 maanden maximaal 1 nestje.
- Om aan deze regels te voldoen blijft u op de hoogte van ontwikkelingen bij de diersoort waarmee er gefokt wordt.
Verzorging
De fokkers is verantwoordelijk voor de gezondheid en welzijn van het dier, er wordt goed voor gezorgd, ze worden niet mishandelt of verwaarloost. De volgende eisen gelden voor een goede verzorging:
- De dieren hebben voldoende bewegingsvrijheid.
- De dieren kunnen hun natuurlijk gedrag vertonen.
- De dieren worden verzorgd door iemand die daarvoor de juiste kennis en vaardigheden heeft.
- Zieke en gewonde dieren worden direct verzorgd.
- Dieren krijgen voldoende gezond en voor hun soort geschikt voer en water.
Maak jouw eigen website met JouwWeb